A- A A+

Vrienden Nederlands Tegelmuseum

tegelmuseum-08.jpg

Tegel41coverbevat artikelen over de volgende onderwerpen:

Een vogel te schande gezet

Joop Alleblas

Deze veelkleurige tegel uit de periode 1620-1650 heeft een raadselachtige voorstelling. Links een vogel, staand op een verhoging, op drie plaatsen vastgebonden aan een paal, rechts, achter de vogel, een jonge boom met twee oranjeappels.
Deze boom zou kunnen verwijzen naar de lijfspreuk van Maurits, Graaf van Nassau (1567-1625, Prins van Oranje vanaf 1618),’Tandem fit surculus arbor’, zoals die wordt afgebeeld op roemers en servetten uit het bezit van deze stadhouder die bewaard zijn. Wellicht verwijst de tegel naar het conflict tussen Maurits en raadpensionaris Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619), dat uitmondde in de onthoofding van Van Oldenbarnevelt in 1619.

Prent en Tegel: Tegels van koperslagers

Paul van de Weijer

Vele eeuwen speelden marskramers een belangrijke rol in de handel. Zij organiseerden zich als groep, voerden een eigen kredietstelsel en spraken een eigen jargon. De marskramer komt voor op prenten van de zestiende tot de negentiende eeuw. De marskramer op zijn beurt verkoopt deze prenten, mogelijk ook aan tegelbakkers. Deze twee bijzondere tegels zijn gebaseerd op prenten van Cornelis Bloemaert (1603-1692).

Tegels en tegeltableaus door Cornelis Boumeester

Jan Pluis en Prosper de Jong

Cornelis Boumeester (1652-1733), schilder in de Rotterdamse tegelbakkerij aan de Delftsevaart, is vooral bekend om zijn tableaus met maritieme onderwerpen. Bovendien signeerde hij veel van zijn werk. Een grote groep ongesigneerde tegels en tegeltableaus in diverse genres kan nu op grond van zijn kenmerkende schilderstijl ook aan hem worden toegeschreven. Boumeester heeft verschillende grafische voorbeelden gebruikt, waaronder zowel oudere als eigentijdse prenten, bijvoorbeeld van Daniël Marot (1661/64-1752). Naast Boumeester zal een tweede getalenteerde schilder werkzaam zijn geweest in dezelfde tegelbakkerij.

Zuilen van Escher gered!

Sjoerd Hekking

In 1967 kreeg M.C. Escher (1898-1972) de opdracht om tegels voor twee zuilen voor het Baarnsch Lyceum te ontwerpen. De school werd gebouwd door architect Rudi Bleeker (1920). De zuilen kregen zwart-witte tegels met ‘Vogels en vissen’ en ‘Bloemen’, motieven die Escher vaker gebruikt in zijn zoektocht naar een vlakverdeling met figuren die elkaars achtergrond zijn. In maart 1969 kunnen de tegels, die zijn gemaakt door de Porceleyne Fles in Delft, worden gezet.

Toen in 2008 bekend werd dat de oude school zou worden vervangen door nieuwbouw, besloot men de tegels zorgvuldig te verwijderen. In de zomervakantie van 2010 zijn de tegels herplaatst op nieuwe zuilen. Omdat deze niet meer in dezelfde ruimte staan, zijn in de vloer en op schijven tegen het plafond motieven aangebracht die beide zuilen verbinden.

Aart Jungerius, notaris en tegelverzamelaar, in gesprek met redacteur Lejo Schenk

Lejo Schenk

Mr. A.R. (Aart) Jungerius (1928), gedurende zijn werkzame leven notaris in Rotterdam, verzamelde een grote collectie tegels, schotels en in de bodem gevonden scherven. Daarin bevinden zich belangrijke vroege Rotterdamse tegels met mythologische zeewezens. Van 2002 tot en met 2012 is zijn collectie in een privémuseum in Rotterdam voor het publiek te zien geweest. De collectie is thans in depot. Jungerius hoopt dat zijn nazaten de collectie bij elkaar zullen houden. 

Top